TitelDatumPopulariteitActiefReacties

Het College Vos

05. Veiligheidsbeleid

Op onze school zijn leerlingen aanwezig om te leren. Ze kunnen pas leren en zichzelf ontwikkelen als ze zich veilig voelen en zichzelf kunnen zijn. Het is van essentieel belang dat ze zich kwetsbaar kunnen opstellen, zich gezien en geaccepteerd voelen, en het gevoel hebben erbij te horen.

Het waarborgen van sociale veiligheid gaat dus verder dan het tegengaan van onveiligheid. Leerlingen hebben de ruimte nodig om te ontdekken waar grenzen liggen, om fouten te maken, om verantwoordelijkheid te leren nemen en daarop aangesproken te worden.

De school is niet alleen de plek waar leerlingen lesstof leren, maar ook waar ze leeftijdsgenoten ontmoeten en kennismaken met de samenleving en verschillen in normen, waarden en omgangsvormen. Dit vraagt om pedagogische professionaliteit en roept vragen op over hoe er op school wordt gedacht over leren en ontwikkeling, de ruimte die leerlingen krijgen om grenzen te verkennen, en de ruimte om van elkaar te leren.

Ook voor medewerkers geldt dat ze hun werk alleen goed kunnen doen als ze zich veilig voelen, zich kwetsbaar kunnen opstellen, en gezien en gehoord worden. Ook zij moeten fouten kunnen maken en aangesproken kunnen worden op verantwoordelijkheden.

Onze school besteedt voortdurend serieuze aandacht aan het creëren van een veilig schoolklimaat en het voorkomen, herkennen en aanpakken van grensoverschrijdend gedrag. We blijven kritisch naar onszelf kijken en zorgen ervoor dat elk incident leidt tot verkleining van de kans op nieuw grensoverschrijdend gedrag. In een cultuur waarin zowel leerlingen als medewerkers worden gestimuleerd om na te denken over hun houding en gedrag en hier openlijk over te praten.

Op onze school hanteren we het pestprotocol, waarin afspraken zijn vastgelegd waaraan leerlingen zich moeten houden. Hierin staat onder andere dat pesten, schelden, het aanraken van elkaars eigendommen, respectloos gedrag en agressief gedrag niet worden getolereerd.

Om de sociale veiligheid in het algemeen te waarborgen, ontwikkelen wij beleid. Het opstellen van gedragsregels, protocollen en sanctiebeleid alleen is niet voldoende om personeel, leerlingen en ouders een gevoel van veiligheid te geven. Door continu met elkaar in gesprek te blijven - in vergaderingen, mentorlessen en oudergesprekken - weten we wat er speelt en wat er nodig is om leerlingen, personeel en ouders te ondersteunen.

Uitgangspunten

De school moet een plek zijn waar rust heerst, waar leerlingen, personeel en ouders/verzorgers zich thuis voelen en zich veilig weten en waar alle betrokkenen respectvol, prettig en vriendelijk met elkaar omgaan. Dat betekent concreet:
 

voor leerlingen:

  • niet pesten of gepest worden; jezelf mogen en kunnen zijn;
  • de lessen kunnen volgen zonder dat je wordt lastiggevallen;
  • weten dat geweld en (seksuele) intimidatie uit den boze zijn;
  • bij iemand terecht kunnen als er problemen zijn;
  • serieus genomen worden door personeelsleden en overige medewerkers;
  • duidelijke afspraken over dit alles.

voor ouders/verzorgers:

  • erop kunnen vertrouwen dat hun kinderen graag naar school gaan;
  • weten dat er geen bedreigingen voorkomen;
  • een open oor vinden voor problemen;
  • weten dat signalen worden opgepakt en problemen aangepakt;
  • duidelijke afspraken over dit alles.

voor personeel en andere medewerkers:

  • met respect bejegend worden door leerlingen, ouders/verzorgers, collega's,
  • weten dat problemen worden aangepakt;
  • ergens terecht kunnen met signalen;
  • duidelijkheid over wat er gebeurt bij calamiteiten;
  • duidelijke afspraken over dit alles.

voor de omgeving/de buurt:

  • geen overlast van leerlingen die rond de school hangen;
  • geen vandalisme, vervuiling of diefstal;
  • weten dat leerlingen worden aangesproken op hun gedrag;
  • een aanspreekpunt voor suggesties of eventuele klachten;
  • signalen worden opgepakt en problemen aangepakt.

Om deze visie op veiligheid te borgen en in de praktijk uit te kunnen voeren, maakt de school gebruik van het zogenaamde digitaal veiligheidsplan van de organisatie School en Veiligheid. In dit digitaal plan worden alle protocollen en procedures die gebruikt worden door de school op het gebied van veiligheid verzameld. Hierdoor behoudt de school een goed overzicht.

Voorbeelden van deze protocollen en procedures zijn afspraken rondom pesten, reizen naar het buitenland, afspraken met politie, afspraken rondom medicijnverstrekking, de klachtenregeling, checklist calamiteiten.

06. Laptopregeling

Op onze school bestaat integratie van digitaal onderwijs in het lesprogramma. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van laptops. Elke leerling heeft tijdens het schooljaar de beschikking over een eigen laptop en kan hiermee deelnemen aan het (digitale) lesprogramma.  

Alle leerlingen die zijn aangemeld op onze school moeten daarom dus beschikken over een laptop. Voor deze laptop zijn er twee mogelijkheden. Een laptop via school of een zelf meegebrachte laptop (BYOD = bring your own device). 

Bij de laptop via school zal er een rechtstreeks contract aangegaan worden bij The Rent Company. De kosten zijn hierbij voor rekening van de ouder(s) en bedragen per laptop € 18,40 per maand. De looptijd hierbij is 48 maanden. Deze laptop wordt voorzien van alle software die nodig is om deel te kunnen nemen aan de lessen. Zaken als o.a. een oplaadpunt, printen (betaald) en een internet verbinding worden door de school gefaciliteerd.  

Voor zij- instromers (leerlingen die instromen vanaf klas 2) geldt een andere looptijd en dus ook een ander maandbedrag. Dit wordt naar rato verdeeld over de resterende maanden. Meer informatie kunt u bij de afdelingsleider van uw zoon of dochter krijgen.  

Indien u kiest voor een zelf meegebrachte laptop dan moet deze wel aan een aantal eisen voldoen en dit moet tijdig bij de schoolleiding bekend worden gemaakt. Er wordt vanuit de school beperkte ondersteuning geboden. Het beheer dient u dus zelf te verzorgen. Zaken als o.a. een oplaadpunt, printen (betaald) en een internet verbinding worden wel door de school gefaciliteerd. Voor de start van het schooljaar wordt u uitgebreid geïnformeerd over het gebruik van de laptop en de mogelijkheden. 

Een laptop of tablet valt niet onder de definitie van lesmateriaal, omdat het de drager is van informatie en zelf geen informatie is en niet voorgeschreven wordt voor een specifiek leerjaar. Hierdoor valt een laptop of tablet niet onder het lesmateriaal die scholen gratis aan ouders dienen te verstrekken.  

Het bezit van een laptop of tablet kan door ons als school niet van u als ouders worden geëist, net zo min als u als ouders dit van de school kunt eisen. Wij verzoeken echter wel dringend om een laptop voor uw kind aan te schaffen, aangezien er regelmatig binnen de lessen gebruik van wordt gemaakt. Als u als ouder er voor kiest om dit niet te doen, dan zal de school ervoor zorgen dat de leerling bruikbaar lesmateriaal krijgt om de lessen te volgen. Het is echter niet zo dat de leerling een laptop in bruikleen krijgt gedurende de gehele lesperiode.

06. LOB-coördinator

De Loopbaan- en Oriëntatiebegeleiding (LOB) neemt binnen de scholen een belangrijke plaats in. Vanaf leerjaar 1 krijgen de leerlingen volop kansen zich te oriënteren op hun interesses, hun persoonlijke kwaliteiten, de vervolgopleiding en het beroep. 
 

Naast de vakdocenten en de mentoren is de LOB-coördinator één van de personen die de leerlingen in het keuzeproces begeleidt. Hij/zij voert met de leerlingen gesprekken over te maken keuzes en geeft leerlingen en ouders advies bij de Praktische Profiel Oriëntatie (PPO) en bij de keuze van het vakkenpakket (mavo) of bij de keuze van het profiel (havo/vwo). 
 

De LOB-coördinator is het aanspreekpunt voor leerlingen en ouders als het gaat om voorlichting, de afname van beroepen- en interesse testen en vragen over studiefinanciering. Ook kan hij/zij doorverwijzen naar externe adviesbureaus.  Omdat de LOB-coördinator goed geïnformeerd is over de eisen van het vervolgonderwijs kan hij/zij ‘schakelen’ tussen het voortgezet onderwijs en het vervolgonderwijs (mbo, hbo, universitair).

06. Melden van ziekte en verzuim

Als een leerling door ziekte of door een andere geldige reden niet naar school kan, moeten de ouders-verzorgers dit dezelfde dag melden vóór 08.30 uur. Hiervoor moet contact worden opgenomen met de locatie waar de leerling is geplaatst. Indien het verzuim (bijvoorbeeld doktersbezoek) tevoren bekend is moet dit vooraf worden gemeld. Naast de telefonische melding moet ook een schriftelijke bevestiging van de ouders-verzorgers worden meegebracht. 

06. Rapport

Drie maal per jaar wordt een rapport uitgereikt. De normering wordt op de website gepubliceerd. Bevordering vindt plaats op grond van de cijfers op het eindrapport, dat een gewogen gemiddelde is van de in het betreffende jaar uitgereikte rapporten. De beslissing van de lerarenvergadering omtrent de bevordering wordt medegedeeld op het eindrapport. Sinds een aantal jaren wordt gewerkt met het zogenaamde voortschrijdende gemiddelde, waarbij ouders thuis via het Magister de resultaten van hun kind kunnen volgen.

07. Lestijden

 

Onderbouw:                Bovenbouw:   
 Les 1  08.15 - 09.00    Les 1 08.15 - 09.00
 Dagstart  09.00- 09.20        
 Les 2  09.20 - 10.05    Les 2  09.00 - 09.45
 Les 3  10.05 - 10.50    Les 3  09.45 - 10.30
 pauze   10.50 - 11.05 (20)    pauze   10.30 - 10.50 (20)
 Les 4  11.10 - 11.55     Les 4  10.50 - 11.35 
 Les 5  11.55 - 12.40    Les 5  11.35 - 12.20
 pauze:   12.40 - 13.00 (20)    pauze   12.20 - 12.40 (20)
 Les 6  13.00 - 13.45    Les 6  12.40 - 13.25
 Les 7  13.45 - 14.30    Les 7  13.25 - 14.10
 pauze   14.30 - 14.40 (10)    pauze   14.10 - 14.20 (10)
 Les 8   14.40 - 15.25    Les 8  14.20 - 15.05
       Les 9  15.05 - 15.50

 

 

 

07. Ouders & Onderwijs

Ouders & onderwijs, dé vraagbaak voor ouders met kinderen in de schoolgaande leeftijd. Gratis en onafhankelijk. 
 

T. 0800-5010
(op schooldagen tussen 10.00-15.00 uur)
E.  vraag@oudersonderwijs.nl
www.oudersonderwijs.nl 

07. Verlof buiten de schoolvakanties

Vrij krijgen buiten de schoolvakanties is niet mogelijk. Familiebezoek, verwachte verkeersdrukte, het niet kunnen boeken van een vliegticket in een bepaalde week, een speciale vakantieaanbieding, of het feit dat een ander kind uit het gezin al vrij is, etc. zijn géén geldige redenen om extra vakantieverlof te krijgen.

Ook een werkgeversverklaring vormt geen reden om automatisch extra vakantieverlof te krijgen. Bijna altijd liggen hieraan economische en/of organisatorische redenen ten grondslag en dit is volgens de leerplichtwet geen reden om extra vakantieverlof te mogen verlenen. 

Het is slechts in een zeer beperkt aantal situaties mogelijk om extra verlof te verkrijgen. Er moet sprake zijn van gewichtige omstandigheden. Onder gewichtige omstandigheden verstaan we bijvoorbeeld het overlijden van naaste familieleden, bij ernstige levensbedreigende ziekte zonder uitzicht op herstel, het bijwonen van een huwelijk van een naast familielid en verhuizing. In genoemde situaties wordt u gevraagd hier bewijs van te overleggen, zoals overlijdensakte, medische verklaring, trouwboekje, uittreksel burgerlijke stand. 

Tevens is het soms mogelijk om vanwege de specifieke aard van het beroep van de ouder(s) in aanmerking te komen voor extra verlof, maar alleen wanneer het voor het gezin in geen enkele schoolvakantie mogelijk is om twee weken aaneengesloten vakantie te hebben. Er moet dan voornamelijk worden gedacht aan seizoensgebonden werkzaamheden, respectievelijk werkzaamheden in bedrijfstakken die een piekdrukte kennen, waardoor het voor het gezin feitelijk onmogelijk is om in een schoolvakantie vakantie op te nemen. Het moet redelijkerwijs te voorzien zijn 

(en/of worden aangetoond) dat een vakantie in de schoolvakantie tot onoverkomelijke bedrijfseconomische problemen zal leiden.  

Slechts het gegeven dat gedurende de schoolvakanties een belangrijk deel van de omzet wordt behaald is onvoldoende. 

Aanvragen voor vakantieverlof voor de eerste en de laatste twee lesweken van het schooljaar worden doorgaans niet gehonoreerd.

Verlofaanvragen moeten tijdig en schriftelijk ingediend worden. Verlofaanvragen tot en met 10 schooldagen worden behandeld door de schooldirecteur, waarbij hij/zij vaak advies vraagt aan de leerplichtambtenaar over het wel of niet toekennen van het verlof. Verlofaanvragen van meer dan 10 dagen worden in behandeling genomen door de leerplichtambtenaar. 
Als er ongeoorloofd toch vakantieverlof wordt opgenomen, dan is de directeur verplicht dit te melden bij de leerplichtambtenaar. Tegen ouders kan proces-verbaal worden opgemaakt. De rechter kan in die gevallen een forse geldboete opleggen. 

Deze informatie is te vinden op de website van de rijksoverheid...

 

08. Lestabellen

In een lessentabel staat welke vakken de leerlingen gedurende het schooljaar krijgen. En hoeveel uur zij dit vak per week krijgen.

Klik hier om de lestabel van Het College Vos te bekijken... 

08. Lesuitval

Wij streven ernaar om lesuitval zoveel mogelijk te beperken. Helaas is onverwachte lesuitval, bijvoorbeeld door plotselinge ziekte van een docent, niet altijd te vermijden. Wanneer een eerste lesuur door ziekte van een docent uitvalt, verstuurt de school een sms naar alle leerlingen van de klas waarvan de les uitvalt. Bij een vooraf aangekondigde afwezigheid of ziekte van een docent biedt het ruilen van uren en vakken door docenten vaak een oplossing. Bovendien kunnen ook proefwerken op deze tijdstippen worden gepland, waarbij een collega de surveillance verzorgt. Waar mogelijk wordt op zo kort mogelijke termijn een vervanger ingezet. De lesuitval als gevolg van rapportvergaderingen wordt zoveel mogelijk beperkt. De vergadering wordt gewoonlijk gepland na de middagpauze en op de dag wordt gewerkt met een verkort rooster.  

De lessen van docenten die niet aan de vergadering deelnemen gaan zo veel mogelijk door. Andere vergaderingen zijn per kernteam voor het gehele jaar ingeroosterd en veroorzaken geen lesuitval. 

Excursies en andere buitenschoolse activiteiten zijn educatieve en zinvolle activiteiten die onderdeel uitmaken van het lesprogramma waarbij geen sprake is van lesuitval. 

09. Schoolregels

  • Wij respecteren elkaar en luisteren naar al het personeel.
  • Wij zorgen met elkaar voor een veilige, gezonde en schone omgeving.
  • Wij spreken Nederlands.
  • Wij hebben altijd onze spullen in orde om de les te volgen.
  • De telefoon is thuis of in de kluis.
  • Roken / vapen is in rondom het schoolgebouw verboden.
  • Energiedrankjes niet op school.

09. Voortijdig schoolverlaters

Voortijdig schoolverlaters (VSV) 

Jongeren die zonder startkwalificatie het onderwijs verlaten worden vsv'ers genoemd.

De cijfers van schooljaar 2020-2021 zijn voor De Mavo Vos: 0,00% op 403 leerlingen

Aantal VSV'ers door de jaren heen... 

Tussentijds schoolverlaten 
Leerlingen die tijdens het schooljaar de school verlaten dienen te worden uitgeschreven. Na uitschrijving zal een uitschrijfbewijs worden toegezonden aan de nieuwe school van de leerling. Bij tussentijdse uitschrijving moeten alle schooleigendommen inclusief de kluisjes-sleutel worden ingeleverd. 

10. Leswisseling

  • 3 minuten de tijd voor een leswisseling.
  • Jas aan de kapstok, of aan het begin van de dag in de kluis.
  • Juiste plek in de klas.
  • Benodigde spullen voor de les op tafel.
  • Aandacht bij de docent.

10. Pauzes en kantine

De leerlingen kunnen tijdens de pauzes gebruik maken van de kantine of aula.
Er worden consumpties aangeboden volgens de principes van de Gezonde Schoolkantine.

Leerlingen dienen zich te houden aan de geldende regels in de pauzeruimte. Dit omvat ook de verantwoordelijkheid voor corveetaken. Er is tevens een schoolplein beschikbaar waar leerlingen hun pauze kunnen doorbrengen.

11. Kleding voorschriften

Verschil maken mag wel, discriminatie mag niet.

Onze school hanteert kledingvoorschriften, bijvoorbeeld om een goede communicatie mogelijk te maken en een veilige sfeer te creëren. Dat mag. Wat niet mag, is discrimineren. De Commissie Gelijke Behandeling (CGB) bekijkt regelmatig of regels over kledingdracht in strijd zijn met de wet of niet.

Leerlingen moeten op school in beginsel de ruimte krijgen om hun godsdienst of levensovertuiging te kunnen uiten door middel van hun kleding. Dit volgt uit de Wet gelijke behandeling. Het betekent bijvoorbeeld dat onze school een leerling niet zomaar mag verbieden om een hoofddoek, een keppeltje of een kettinkje met een kruisje te dragen. Dit wil niet zeggen dat onze school geen enkele eis aan kleding mag stellen. Wanneer leerlingen door de manier waarop zij hun kleren dragen het leerproces belemmeren en/of in strijd zijn met kernwaarden van de school, mag de school hier eisen aan stellen. Kledingvoorschriften en gedragscodes zijn zelfs heel gewoon.

Wij van Het College Vos vinden goede, onbelemmerde communicatie van groot pedagogisch belang. In het onderwijs speelt (non-verbale) communicatie nou eenmaal een grote rol. Leerlingen en docenten moeten met elkaar kunnen praten en moeten elkaar kunnen aankijken. Daarnaast willen we dat leerlingen zich op school vooral op zichzelf en hun eigen ontwikkeling richten. Om die reden verbiedt Het College Vos in het algemeen gezicht-bedekkende kleding en accessoires zoals bijvoorbeeld een chador of een boerka óf juist weinig bedekkende of aanstootgevende kleding.

Voor de verschillende praktijkvakken gelden vanuit veiligheidsoverwegingen specifieke kledingvoorschriften. Hieronder vindt u de algemene- en vakspecifieke kledingvoorschriften:

Algemene kledingvoorschriften:
  • Leerlingen dragen kleding waarbij ondergoed niet zichtbaar is en kan worden.
  • Leerlingen dragen minimaal half bovenbeen bedekkende kleding (rokjes)
  • Voor korte broeken geen hotpants.
  • Kleding met tekst en/ of afbeeldingen vanuit eigen identiteit is toegestaan. Kleding met opruiend, aanstootgevend, discriminerend of gewelddadig karakter mag niet.
  • Hoofddeksels dragen leerlingen alleen buiten het schoolterrein. Het gezicht blijft ten alle tijden volledig zichtbaar. De schoolleiding is leidend in de beoordeling van bovenstaande punten.
Vakspecifieke kledingvoorschriften:

Gym:

  • Schone gymkleding, het T-shirt wordt door de school verstrekt.
  • Schone sportschoenen/ sneakers.
  • Lange haren vast.
  • Nagels niet te lang.
  • Hoofddoek zonder spelden en losse flappen. Bij voorkeur een sporthoofddoek.

Zorg en Welzijn:

  • Dichte schoenen, dus geen slippers of sandalen.
  • Schort, wordt door de school verstrekt.
  • Lange haren vast.
  • Nagels niet te lang.
  • Hoofddoek bij praktijkvakken zonder spelden en losse flappen. Bij voorkeur een sporthoofddoek.

Techniek:

  • Werkschoenen en stofjas, wordt door de school verstrekt in leerjaar 1 en 2.
  • Lange haren vast.
  • Nagels niet te lang.
  • Hoofddoek zonder spelden en losse flappen. Bij voorkeur een sporthoofddoek.
Pagina 3 van 4Eerste   Vorige   1  2  [3]  4  Volgende   Laatste